pax roodgeel cmyk CMYKverkleindmettekst
Getuige bij moord op 'frjemde kloat' Bonifatius

'Wat in frjemde kloat', fluistert een van de latere moordenaars van Bonifatius en zijn metgezellen wanneer de twee groepen elkaar in de ochtendlijke schemering naderen. In Het Admiraliteitshuis in Dokkum kunnen belangstellenden vanaf vandaag meebeleven hoe de Engelse missionaris 1250 jaar geleden aan zijn eind kwam bij een confrontatie met heidense Friezen. 

Van alle kanten klinkt dramatische muziek, lichten flitsen aan en uit en ineens is daar de door een zwaard doorkliefde bijbel. De 'Bonifatius experience' moet de grote trekker worden van de tentoonstelling waarmee streekmuseum Het Admiraliteitshuis in Dokkum vandaag na een ingrijpende opknapbeurt uitpakt. 

Het voormalige baptistenkerkje aan de Verlengde Diepswal, pal naast het museum, had geen mooiere bestemming kunnen krijgen. Het pand, ooit als pakhuis gebouwd, biedt vanaf vandaag onderdak aan een tentoonstelling over Bonifatius die in elk geval een aantal jaren zal blijven. 

Meteen al bij binnenkomst leert de bezoeker dat de geruchtmakende moord op de later heilig verklaarde monnik alle elementen in zich had van een botsing van culturen. Het Friesland van toen had zijn eigen, diep met de leefwijze van zijn inwoners verweven religie. Bonifatius stelde daar het christendom tegenover. 

De Engelse monnik Wynfrith was als missionaris erg succesvol op het vasteland van Europa. Hij bracht het evangelie met verve en werd de stichter van veel kloosters en kerkgemeenschappen. Aan de missie in Friesland die hem uiteindelijk fataal werd, begon hij als hoogbejaarde met de persoonlijke zegen van de paus. Volgens de legende waren de Friezen hardnekkig in het afwijzen van het nieuwe geloof. Dat de zendingsreis zo dramatisch zou aflopen, was natuurlijk niet te voorzien, anders zou de paus Bonifatius ('Hij die het goede doet') zeker niet hebben ingezet. 

Omdat het bloed van de martelaren uiteindelijk het zaad der kerk werd, wordt het drama bij Dokkum achteraf bekeken als een gang van donker naar licht. Vooral de schoolplaten van Wolters die de expositie toont, geven goed weer hoe moraliserend de Bonifatius-legende altijd is gebruikt. 

Grappig is het dan wel dat er uit de tijd van voor Bonifatius nog wel voorwerpen zijn, zoals sierspelden en aardewerk, maar van de eigenlijke kersteningsperiode niet. Tastbaar wordt de historie pas weer als Bonifatius lang en breed heilig is verklaard en middelpunt is geworden van devotie en bedevaart. Zo herinneren vaandels en affiches aan pelgrimstochten naar Dokkum en verschaft een vitrine met kerkzilver herinneringen aan het rijke roomse leven. 

Veel materiaal komt uit eigen bezit. Maar Het Admiraliteitshuis kreeg ook spullen in bruikleen van het Catharijneconvent in Utrecht en kerkelijke instellingen in Fulda, waar Bonifatius begraven is. Op Polygoonjournaals is te zien hoe prinses Beatrix in 1962 het beeld van de legendarische aartsbisschop onthulde. 

De trap die de bezoeker van de begane grond naar de eerste verdieping leidt is bloedrood gekleurd als herinnering aan de gruweldaad waaraan het Dokkum van nu zoveel bekendheid dankt. De 'frjemde kloat' van 1250 jaar geleden is een vertrouwd symbool geworden in een nog altijd zwaar kerkelijk Dokkum. 


donderdag, 10 juni 2004 Leeuwarder Courant